woensdag 31 mei 2017

Afwasgedichtjes


Ze ontstonden jaren geleden tijdens het afwassen en hij maakt ze nog steeds bijna dagelijks. Fictieve tantes en ooms spelen de hoofdrol in de gedichtjes die mijn vader schrijft, en de bizarre gebeurtenissen spelen zich af in plaatsen in heel Nederland en soms zelfs ver daarbuiten.

Tante Babs in Beetsterzwaag
Heeft een huis vol kakkerlakken
Maar, zo zegt zij, goed doorbakken
Eet ik ze maar al te graag

Tjeu, haar buurman, wil wel wedden
Dat zij zo vergiftigd wordt
Zelf houdt hij het op pissebedden
Goed gedrenkt in oude port.

Olav Hagedorn

zaterdag 27 mei 2017

Puntzakje durf - deel twee

Nieuwsgierig geworden naar of mijn herinneringen klopten, ging ik op zoek naar de Okki waarin het verhaal over het puntzakje Durf had gestaan.
Een brutaal mens heeft de halve wereld, dus ik vroeg aan de verschillende Marktplaatsverkopers-van-ingebonden-Okki's of er wellicht in hun boek een verhaal stond dat zo heette. Het duurde niet eens zo gek lang. Dezelfde avond nog kreeg ik bericht en een geblurde foto. Ja, dit was mijn verhaal, in een Okki uit mei 1965. Verschenen nog voordat ik geboren was.
Twee dagen later had ik het boek in huis. De kaft was anders, maar van de inhoud herkende ik vrijwel iedere pagina. Alsof ik de tijdschriften gisteren nog met mijn kindervingers had doorgebladerd.
Het was een wel erg katholiek blad, zag ik nu. In iedere Okki minstens een langer Bijbelverhaal, en daarnaast blijdschap over dat we mogen samenkomen rond de tafel van de Heer of een gebed van de neger aan het Njasameer die zich tot zijn god (met een kleine G) richt met een bede om regen en en passant om mais, bananen en bonen vraagt.


Het verhaal over het puntzakje Durf ging net iets anders dan ik had onthouden. Niet de moeder van het jongetje had hem naar de drogist gestuurd voor een puntzakje Durf, maar een willekeurig oud heertje dat in het zwembad bij de zwemlessen stond te kijken.
Dat zou in deze tijd toch onmiddellijk verdacht zijn geweest.

woensdag 24 mei 2017

Jarig

Ze is vandaag jarig. Drieëntwintig alweer. Ik kan mij nog als de dag van gisteren herinneren hoe ze ter wereld kwam. De rugweeën  die ik kreeg na het laatste bezoekje aan de verloskundigenpraktijk voelden als lood. Daarna moest ik nog schoonmaakmiddelen gaan halen bij de tegenover de praktijk gelegen Albert Heijn. En op de fiets naar huis.
De belofte die ik uit diverse hoeken kreeg dat een tweede bevalling een stuk vlotter zou verlopen klopte van geen kanten. Het was zwaar, maar wat was ik gelukkig toen ze er eenmaal was. Vijf dagen te laat, eigenlijk had ze op mijn verjaardag geboren zullen worden.


'Het is een meisje!' riep ik uit, want o, wat leek het mij leuk om op enig moment vlechtjes te kunnen maken. De bijbehorende bos haar had ze gelukkig al.
Haar jonge leven liep niet geheel en al over rozen. Er was verdriet, opstand, onbegrip. Toch is ze uitgegroeid tot een prachtige, lieve, sociale en spontane jonge vrouw die met veel plezier door het leven dartelt.
En ik ben apetrots dat ik haar moeder ben.

zaterdag 20 mei 2017

Plusfour


Mijn vader droeg als kind een korte broek, zomer en winter. Zoals alle jongetjes. Op de middelbare school droeg hij een plusfour, die tot net iets over de knie kwam. Pas toen hij echt een jongeman was mocht hij een lange broek dragen.
Totdat ik met mijn vader de foto's bekeek die aan het begin van de oorlog waren genomen en waarop hij nog zijn korte broek droeg, had ik geen enkel idee waar de naam plusfour vandaan kwam. Vooral omdat het woord op z'n Frans wordt uitgesproken.




De verklaring is heel simpel. De uit Engeland afkomstige broek, die iets langer dan de knickerbocker is, valt tot ongeveer vier duim -tien centimeter- onder de knie. Plus vier wordt plus four.
Heel wat sjieker dan de in Nederland gebruikelijke plastische benaming drollenvanger.





woensdag 17 mei 2017

Inhaalfuifje

Er waren ballonnen, blauw en geel. Zweedse vlaggen aan de muur en op bierviltjes, T-shirts en stickers. Posters van scandicnoir-series met mijn hoofd erin geshopt door hem die altijd beweert niet te kunnen photoshoppen.
Een getimmerde installatie met een op kunstige wijze geschilderde Pippi in winteroutfit, meneer Nilsson op haar schouder. Op de plaats van haar gezicht een gat waar mijn gasten hun gezicht doorheen konden steken en laten fotograferen.
Er waren Vikingmannen en Vikingvrouwen. Er was een mooie speech van de Opperviking, over en voor mij.  Er werden (drink)liederen gezongen.
Er was veel familie met aanhang, er waren vrienden en collega's. Ze kwamen uit het hele land, en zelfs van ver voorbij de grenzen.
Er waren muzikanten. Mijn zoon speelde een ontroerende melodie op zijn basgitaar, begeleid op percussie door de voormalige bandleden van zijn vaders band. Mijn dochter zong. De Senegalese neef uit Malmö danste.
Er was een DJ, die wonderbaarlijk genoeg een geheel wist te maken van mijn breed uitwaaierende muzieksmaak.
Tenslotte was er een polonaise, waarbij de ontmantelde Pippi-Sarah een hoofdrol speelde.


Ik gaf een inhaalfuifje, in mijn groenblauwe panterjurk.
Voor het vieren van mijn vijftigste verjaardag was vorig jaar geen ruimte in mijn hoofd en in mijn hart. Dus deden we het nu, vlak voor de volgende verjaardag zich aandiende. Ik had het haar beloofd.

Er was vooral veel kärlek. Liefde voor hen die er waren, en voor hen die er niet meer waren.

zaterdag 13 mei 2017

Opsmuk


Ze glimlacht, maar zal ze werkelijk gelukkig zijn? De familiesieraden hangen als een molensteen rond haar nek. Moet ze indruk maken op een toekomstige man, op haar schoonfamilie?


Of heeft ze toch gewoon zin in het feestje van vanavond?




woensdag 10 mei 2017

Chilling injury

Er ontstaat een discussie tijdens de lunch. In de salade worden stukjes bevroren paprika aangetroffen. Als er een groente is die je niet kunt invriezen is het paprika, roept de een. Sowieso niet in de koelkast bewaren, roept de ander.
En tomaten, moet je die nu wel of niet in de koelkast bewaren, vraagt de volgende collega zich af. Eieren? Winterpeen?
De een na de ander geeft zijn keukengeheimen prijs. Ik zoek ondertussen op mijn telefoon naar wetenschappelijk bewijs voor de diverse stellingen.



Nee, tomaten mogen echt niet in de koelkast. Smaakstoffen komen niet meer vrij of worden afgebroken, net als het lypoceen dat de tomaat zijn rode kleurtje geeft. En de huid beschadigt! Als hij straks weer buiten de koelkast komt, zal de tomaat sneller bederven. Al deze narigheid valt onder de noemer chilling injury, koudebederf.
Tomaten horen dus op de fruitschaal, of zoals bij ons thuis, in de kalebas. Maar dan mag het weer niet te warm zijn, en dat wordt het in een keuken al snel.
De deskundige noemt de kelder als ideale bewaarplek, maar wie heeft die nu nog?

Ik pak mijn breipennen maar vast om kekke jasjes voor de koukleumende tomaten te produceren. Of kan ik toch beter een ventilatortje naast de kalebas zetten?

zaterdag 6 mei 2017

De heg


Ik bezoek samen met mijn 85-jarige vader de 86-jarige vriendin die jarenlang onze buurvrouw was. Buren op maar liefst twee adressen: eerst woonden we boven elkaar in een portiekwoning in Amsterdam-West, daarna staken beide gezinnen het IJ over om in Noord naast elkaar neer te strijken. Na een jaar of zeven verhuisden zij naar Purmerend. Wij bleven in Noord, maar de vriendschap met de oude buren bleef bestaan.
Het is fijn om door de verhalen over die goeie ouwe tijd mijn moeder weer een stukje dichterbij te voelen. Oude verhalen, en af en toe een nieuw.
Zo gebeurde het wel eens dat er 's zomers om een uur of vier vanuit de naastgelegen tuin werd gevraagd: 'Lust je een portje, Truus?'
Waarna er door de buurvrouw een glaasje werd overhandigd, over de heg heen. Om bij elkaar te gaan zitten was geen tijd, ze hadden allebei een gezin met vier kinderen. Maar door dat portje hadden ze het toch even gezellig samen.

woensdag 3 mei 2017

Binnenplaats


Hij wilde niet meer terugkomen naar Nederland, al miste hij zijn kinderen. Daar waar hij was, was het goed. De zon scheen, hij woonde in het huis dat hij gekocht had van zijn eigen geld, er werd voor hem gezorgd. Hij hoorde, als hij wakker werd, de geluiden die hem vertrouwd waren: het aanvegen van de binnenplaats, het gerammel van potten en pannen, de oproep tot het gebed vanuit de moskee, gesprekken in zijn moedertaal.

Wat wachtte hem in Nederland, als hij terug zou gaan?
Nog meer akelige onderzoeken en behandelingen.
Eenzaamheid op een bovenwoning in de Vogelbuurt.
Instanties die iets van hem wilden.
Hij wist dat hij niet lang meer te leven had en bleef waar hij was. Zodat hij, ook na zijn dood, kon zijn waar hij geboren was.

Vandaag een jaar geleden stierf de vader van mijn kinderen in zijn vaderland Senegal.