woensdag 13 september 2017

Pistacheijs en amandelen


Ik breng vader naar de tandarts. Als ik de auto heb weggezet en terugloop door de smalle straatjes van Disteldorp zie ik het zachtgeel met groen geschilderde NH Hotel oprijzen. Vroeger was dit het Ziekenhuis Amsterdam Noord, wij noemden het het Zan.
Toen ik een jaar of zes was moesten mijn amandelen worden geknipt. Ik herinner mij de geur van het narcosemiddel dat uit het rubberen kapje op mijn gezicht kwam. De arts die mij zou opereren zag ik door de ruimte mijn gezichtsveld uitdraaien.
Een taxi bracht moeder en mij thuis. Buurjongen S. stond nieuwsgierig te kijken toen ik, gewikkeld in een badhanddoek, de taxi werd uitgedragen.


De dagen erna was het feest. Natuurlijk moest ik koude dingen eten om de pijn in mijn keel te verzachten. Er was net iets nieuws op de markt: ijs in een rol. En dan ook nog in de exotische smaak pistache. 
Als plakken van een dikke worst werd het ijs afgesneden, en steeds weer kreeg ik een schoteltje met zo'n groene schijf erop. Met de dag werd de worst een beetje kleiner.

Jaren later zagen we in de Zweedse supermarkt ICA zo'n beetje alle levensmiddelen in een rol: jam, appelmoes en zelfs erwtensoep. Ik rook nog net niet de geur van het narcosemiddel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten