zaterdag 26 december 2020

Lieve Lita

'Maar wat ik nooit geleerd heb, is los te laten. Is alles te vergeten wat ik geleerd heb en erop te vertrouwen dat alles wat je daarvóór hebt gedaan, leeft.

Het is een oefening in vrijheid. Niet iets willen vasthouden, niet willen controleren. 
Het niet onder controle hebben: dat is wat in essentie een openbaring wordt.

Het mislukt nooit, omdat ik niet veroordeel. Ik weet niet wat de uitkomst is. 
Als je denkt dat je iets meester bent, stop je het proces van groeien.'


Wijze woorden van een bijzondere vrouw: de kunstenaar Lita Cabellut. Was dit hele jaar niet een grote oefening in loslaten? We hebben geen controle over ons leven, over de meeste processen, al willen we het nog zo graag.

Dank je wel, lieve Lita.

zaterdag 19 december 2020

 Handdoekje


Het einde van het jaar nodigt traditioneel uit tot opruimen, weggooien. Ontrommelen. Het opbergen van het versgestreken beddengoed geeft aanleiding tot het uitmesten van de kast op de overloop. Twee tasjes voetbalkleding van zoon X., niet-passende dekbedovertrekken, nog wat kledingstukken van de vader van mijn kinderen die viereneenhalf jaar geleden een plekje moesten krijgen.



Twee handdoekjes uit mijn ouderlijk huis in de Pinasstraat. Ik zie de wc weer voor me,  met de doortrekpijp die eind jaren zestig hypermodern was, maar die nu in geen enkel toilet meer te vinden is. Naast het piepkleine wasbakje met het stuk Unicura- of Palmolive-zeep hing een gastendoekje, dat niet alleen door gasten werd gebruikt. 

Het zou niet misstaan in een toilet anno 2020.

woensdag 16 december 2020

Vijf jaar

Vanaf de foto die aan het wandje boven mijn schrijftafel hangt kijkt ze me aan met haar pientere blik. Ze hield er niet zo van om gefotografeerd te worden. Ze kijkt ernstig, maar om haar mond flauwt een glimlach. De prachtige paarse sjaal die ze om haar hals draagt hangt nu bij vader in de kast. Zus M. kocht hem voor haar, zoals ze zo vaak cadeautjes en cadeaus voor iedereen meenam. 

Een, twee, drie, vier, vijf.



Vijf jaar geleden alweer, dat moeder langzaam van ons weggleed. De opmaat naar het nieuwe jaar, waarin de dagen staan dat we ook zus M. en M., de vader van mijn kinderen, al vijf jaar moeten missen.

Ik luister naar Five Years van David Bowie, de onheilstijding waarin wordt aangekondigd dat we nog maar vijf jaar te leven hebben op deze aarde. De westerse beschaving staat op het punt ineen te storten. Wat was het toch een visionair.

Ik ben blij dat moeder deze tijd niet hoeft mee te maken. 

zaterdag 7 november 2020

Zeepbakje

Op de radio vertelde de schrijfster over haar overleden broer. Hij kwam nog wekelijks voor in haar dromen. Ik droom bijna nooit over zus M., over moeder of over de vader van mijn kinderen. 

Waarom niet? Hebben ze er geen behoefte aan om in mijn dromen te verschijnen? Ben ik overdag al genoeg met ze bezig? Is mijn ex het al zat om sinds een jaar dagelijks in mijn hoofd te zitten en de hoofdrol te spelen in het verhaal dat ik over hem reconstrueer? Wil hij 's nachts gewoon met rust gelaten worden?

Vindt zus M. het genoeg dat ik overdag aan haar denk, wanneer ik in een situatie beland dat ik bijna hardop moet lachen als ik mij haar reactie voorstel?

En moeder, waar blijft moeder? Een paar weken geleden verscheen ze plotseling in mijn droom. We waren in Italië, een  land waar ze bij leven nooit geweest is. In een lommerrijke boomgaard kwam ze aanlopen met een schaal spinazie in haar handen. De mater familias met al haar kinderen en kleinkinderen om zich heen.



Soms is het jammer dat ze er zo weinig zijn 's nachts, maar de dag geeft mij genoeg herinneringen. Onze badkamer is verbouwd en nu vervangen we de accessoires. In mijn handen heb ik een knaloranje zeepbakje, jaren geleden gekocht op Koninginnedag, samen met zus M. Het moet een dinosauriër voorstellen, ik vermoed een triceratops, liggend op zijn of haar rug met een jong triceratopsje tegen vader of moeder aangevleid. Zus M. kocht de andere, een knalgroene, die jarenlang in haar badkamer de zeep vasthield.

Er staat nu een strak zwart marmeren zeepschaaltje op de strakke witte wastafel. Ik kan het niet over mijn hart verkrijgen om de foeilelijke oranje triceratops weg te gooien. Nog niet.

zondag 16 augustus 2020

Dertig

Dertig

Vandaag dertig jaar geleden trouwden we. De aanloop ernaartoe was hectisch. We kenden elkaar een jaar, maar pas vier maanden voor De Grote Dag was het duidelijk dat hij met mij verder zou gaan.

Dertig jaar, maar het voelt dichterbij dan ooit. Voor het boek dat ik schrijf over ons gezamenlijke leven liet ik de videoband van onze bruiloft digitaliseren. Ik zie een meisje, net vierentwintig jaar oud, dat met een glas ataya-thee in de hand onbezorgd danst op de muziek die live wordt gespeeld. Ik zie mensen in alle kleuren, uit alle windstreken. Mensen die ik een jaar ervoor nog niet kende, maar ook mensen die toen al vierentwintig jaar in mijn leven waren. Mensen die er nu niet meer zijn, en mensen die er nog wel zijn maar die ik nooit meer spreek.



Ik zie een tafel vol eten, klaargemaakt door mijn zussen, schoonzussen en moeder. Hartige taarten, kippenpootjes, Turks brood.  Flessen wijn, gele kratten vol flesjes Heineken-bier en grote schalen met bissap en jus de gingembre staan gezellig naast elkaar.

De band wisselt regelmatig van samenstelling. Er schuiven muzikanten uit Gambia, Suriname en de Antillen aan. Mijn Molukse collega's dansen. Vader en zus M. fotograferen, moeder giechelt met haar vriendinnen en begeeft zich dan toch ook maar op de dansvloer.
Mijn vriendinnen doen een poging om Stir it up  van Bob Marley te zingen, maar blijven hangen bij dat ene zinnetje. Het maakt niet uit.

Mijn kersverse man trommelt mee met de band. Zo is hij in zijn element.
Al had ik toen geweten wat ons nog allemaal zou gebeuren, ik had het voor geen goud willen missen.

zaterdag 9 mei 2020

Het Nieuwe Normaal

De zon schijnt, het is weekend. 

Ik kan een wandeling maken, een boek lezen in de tuin, verder schrijven aan mijn eigen boek. 
Ik kan een tekening maken, sokken gaan breien of een cake bakken. 
Ik kan gaan poetsen en opruimen. Vanmiddag gaan we gezellig barbecueën bij zoonlief in de tuin. 

Wat willen we nog meer?





Toch blijft het donker aanwezig. Het Nieuwe Normaal wil maar niet wennen. 
Zodra ik het huis uitga word ik geconfronteerd met lijnen, rijen, afzetlinten. Mensen die  terugdeinzen als je in de buurt komt, ook al blijf je op veilige afstand. 
Het Nieuwe Werken gaat de ene dag goed, en de volgende dag geheel en al niet. Er komen berichten van mensen die geen afscheid hebben kunnen nemen van hun geliefden. Vader zit nog steeds opgesloten.

Dan krijg ik weer een berichtje uit Senegal, het land waarvandaan we nog net konden vertrekken toen het virus uitbrak.
Ze zitten zoveel mogelijk binnen. Werk is er toch niet. Na acht uur 's avonds mag men helemaal niet meer op straat. Naar buiten zonder mondkapje is een boete. De prijzen van levensmiddelen stijgen de pan uit. En dan is het ook nog eens ramadan.

Dus prijs ik mezelf weer gelukkig, want:
de zon schijnt, het is weekend. 

Ik kan een wandeling maken, een boek lezen in de tuin, verder schrijven aan mijn eigen boek. 
Ik kan een tekening maken, sokken gaan breien of een cake bakken. 
Ik kan  gaan poetsen en opruimen. Vanmiddag gaan we gezellig barbecueën bij zoonlief in de tuin. 

Wat willen we nog meer?


zondag 3 mei 2020

Ndank ndank


Vandaag vier jaar geleden overleed de vader van mijn kinderen.
Nu schrijf ik een boek over ons gezamenlijk verleden.
Het kleurrijke, woelige en niet altijd even leuke verleden.


Stapje voor stapje kom ik dichter bij het geheel.
Eerder kon het blijkbaar niet, alles op zijn tijd.
Ndank ndank, zou hij gezegd hebben. Rustig aan.

MODOU THIAM DOGO 7 MEI 1956 - 3 MEI 2016

woensdag 8 april 2020

This was it

Vier jaar geleden alweer. Ik denk vaak aan haar. Mis haar elke dag, praat tegen haar in mijn hoofd.

Lang na haar overlijden kreeg ik wat spullen die haar hadden toebehoord, en die ik misschien zou willen hebben. Bij een van zus M.'s laatste creatieve projecten had ze acrylverf gebruikt, die ze in combinatie met haar fantastische foto's tot nog mooiere mixed media kunstwerken had bewerkt. Daar wilde ik graag mee schilderen.

En was dat dvd'tje van mij?



Ik pakte het uit. Het was een opname van een concert van Michael Jackson, dochter F.'s favoriet. Ik wist niet meer dat ze het geleend had, waarschijnlijk jaren geleden.
In haar sierlijke, zo kenmerkende handschrift stond daar een van mijn koosnaampjes: Gabriela.

Eronder de titel van de concertreeks en tevens de keiharde boodschap. Alsof ze het er nog even inwreef:

This is it!

zaterdag 21 maart 2020

Effe andersom

Toen dochter F. jaren geleden weer wilde gaan paardrijden, was de keuze voor een manege snel gemaakt. Vlak achter de dijk, in ons eigen nieuwe 'dorp', lag een mooie manege inclusief buitenbak. Omdat het vakantie was moest F. eerst nog een soort zomerkamp doorlopen, maar in september begonnen de reguliere lessen weer.

Er gebeurde niet heel veel in die groepslessen. Vooral de meisjes die een pensionpaard onder hun kont hadden kregen persoonlijke aandacht en aanwijzingen. Verder moest je zelf je figuren rijden, zolang je maar op de goede hand reed. 

De lessen begonnen namelijk op de rechterhand, dus letterlijk met je rechterhand naar het midden van de rijbaan. Halverwege de les riep de instructrice, die veel met andere dingen bezig was, heel hard door de bak: 'Effe andersom', waarop de paarden gehoorzaam draaiden en hun rondjes de andere kant op vervolgden.





Nu moeten we met zijn allen 'effe andersom'. De wereld staat op zijn kop en we kunnen echt niet overzien welke gevolgen dit gaat hebben op langere termijn. Elke dag merken we een beetje meer van deze gekte. Sinds vrijdag mag ik vader, 88 jaar, niet meer bezoeken. Ik was even burgerlijk ongehoorzaam en bracht hem 's avonds een tasje boeken. Wel met meters afstand tussen ons hoor, maar ik kon hem in ieder geval even zien in de hal van de zorginstelling.

Ik heb in mijn directe omgeving nog geen ziekte of dood door dit virus meegemaakt. Het leed zal in veel families niet te overzien zijn, dat realiseer ik mij heel goed.

Maar wat een rust. Wat een lege agenda. Wat een andere dagindeling nu ik 's morgens niet in de auto hoef te stappen, maar lekker kan gaan ochtendwandelen. Wat een stilte, buiten en in mijn hoofd. Ik hoef opeens een heleboel niet meer.
En wat een leuke nieuwe initiatieven. De yogajuf die met bloed, zweet en tranen Vimeo-filmpjes maakt zodat we thuis privélessen kunnen volgen. De Zweedse juf die beschikbaar is voor vragen over ons hemläxa.

Voor vader ga ik wel leuke pakketjes maken, die ik kan afgeven bij de receptie. Ik haal mijn voorraad ansichtkaarten uit de kast en hoop dat de postbezorgers nog even op de been blijven.
Ik heb nog een boek te schrijven, het woord verveling is mij vreemd. Zal ik weer gaan breien? Stiekem geniet ik ook een beetje van deze situatie.

Nu maar hopen dat we onze kwetsbare geliefden kunnen beschermen en behouden.

zaterdag 7 maart 2020

Migratie

Ik wipte snel de Vomar binnen om wat laatste boodschapjes te doen voordat we af zouden reizen naar het Afrikaanse continent. Terwijl ik mijn weg zocht in het schap met kattenvoer kwam er naast mij, met piepende remmen, een scootmobiel tot stilstand. Mijn arm werd vastgepakt.

Het was O., de Noorse brei-juf die mij jaren geleden op z'n Noors leerde breien tijdens de workshops op zaterdagochtend in de handwerkzaak. Met de draden van de verschillende kleuren om de vingers van de linkerhand gewikkeld ontstonden er traditionele patronen in kniekousen, mutsen en truien. We hadden altijd de grootste lol met elkaar.

Afgelopen december, vlak voor kerst, ging de zaak dicht. Zus P. en ik kwamen er al een aantal jaar niet meer, langzaam maar zeker was de animo voor de workshops minder geworden.

Ik vroeg aan O. of ze nog vaak in Noorwegen kwam. 'Nee,' zei ze, 'dat kan ik niet meer aan.'
Vijf jaar geleden, toen ze vijftig jaar getrouwd waren, had ze haar thuisland voor het laatst bezocht. Met haar man, zoons, schoondochter en enige kleinkind hadden ze twee fantastische weken in de sneeuw gehad.



Toen ik doorvroeg waren het niet de fysieke mankementen die haar ervan weerhielden. Nee, het was het afscheid, telkens weer het afscheid, waar ze moeite mee had. En het duurde steeds langer voor ze haar draai weer had gevonden in Nederland.

Voorgoed teruggaan was geen optie meer. Ze werd straks 75, zei ze. En al 56 jaar woonde ze hier. Vroeger zeiden ze altijd tegen elkaar dat ze terug zouden gaan als ze met pensioen waren. Maar met de geboorte van hun kleinzoon, bijna 21 jaar geleden, hadden ze dat plan laten varen.

Laat me maar even, had ze tegen haar zoon gezegd, toen ze vanaf de veerboot de Oslofjord achter zich zag verdwijnen. Ook nu ze het me vertelde had ze de tranen in haar ogen. 

Ze nam afscheid van me en reed vastberaden richting kassa.


woensdag 26 februari 2020

Zelf doen

Ik werd geciteerd in de column op pagina 5 van de gids. Het ging over mijn woonplaats, waarover hardnekkige vooroordelen bestaan die ik graag probeer te ontkrachten. Want al die mensen die lopen te mekkeren over Almere zijn er twintig jaar geleden een keer geweest of kennen het alleen uit de media.

Twaalfeneenhalf jaar wonen we er nu, en met veel plezier. We genieten van ons huis, de tuin, van sommige buren. We hebben er familie, vrienden en clubjes. Maar bovenal genieten we van de ruimte en de groene omgeving. Ik maak korte en langere ochtendwandelingen, kijk om me heen, zie kleuren, vormen en prachtige zonsopkomsten.

'Want Almere heeft het, maar waar gebeurt het?' luidde de laatste zin van de column. 
Kijk om je heen, en maak er wat van, zou ik zeggen. Het gebeurt daar waar je er zelf iets van maakt. De slogan luidt niet voor niets: Het kan in Almere.

vrijdag 24 januari 2020

De A is van Aandacht

Ik had twee afspraken in mijn agenda staan voor die zondag, een maand of twee geleden.Ik had gedacht dat ik ze kon combineren:'s avonds naar een concert in Paradiso, aan het eind van de middag een gesigneerde prent ophalen bij de kinderboekenillustrator, voor het goede doel. Allebei in Amsterdam, en ik wilde het allebei niet missen.

Toen de dag naderde ging ik de situatie visualiseren. Ik voelde de stress dat de prent die ik graag wilde hebben er niet meer zou zijn, al had ik doorgegeven welke ik graag wilde hebben. Ik zag mezelf door een duistere stad zwerven met een enorme koker in mijn rugzak, en voelde het risico dat ik de poster kwijt zou raken in de garderobe van de poptempel. Bovendien zou ik met mijn wilde plannen ook de planning van dochter F. in de war gooien.




Zaterdagavond had ik een dansfeestje bij zus P. We waren laat thuis, maar ik werd zoals gebruikelijk zeer vroeg wakker. Ik had gedroomd. 
In mijn droom kwam ik aan het begin van de middag bij de kinderboekenillustrator aan en kocht de prent die zo goed paste bij mijn toekomstplannen, en waar ik al een plekje voor had bedacht.

Ik luisterde naar mijn droom. Stapte vroeg in de middag op de trein, maakte er een aparte missie van. Gaf het de aandacht die het verdiende. Genoot van de drukte in het woonhuis van de illustrator, luisterde naar het schrijnende verhaal van de Afghaanse asielzoekers waar ze zich om bekommerde.  Ik dronk een kopje thee en at een stukje zelfgebakken speculaas. 

De prent had ze al voor me achtergehouden. Toen ze hem wilde oprollen zag ze dat er een vlekje op zat. Ze ruilde hem om voor een schoon exemplaar, het was de allerlaatste die er nog lag.
Zielsgelukkig stapte ik op de trein terug naar Almere.

's Avonds maakte ik een nieuwe reis en genoten F. en ik van het concert van de Malinese zangeres.

Alles wat je aandacht geeft, groeit.
.

zaterdag 18 januari 2020

Sexy peer

Ik sneed een peer doormidden. De helften vielen in alle schoonheid uiteen, de pitjes zochten symmetrisch hun plekje op het sappige vruchtvlees. Wat was een peer toch oneindig veel mooier dan een appel.

Zesde klas lagere school, handenarbeidles. Na de breilessen van juffrouw K., waaraan jongetjes niet hadden hoeven deelnemen, was de vernieuwing doorgedrongen tot de katholieke basisschool en mochten we gemengd figuurzagen, kleien en timmeren.
Het figuurzagen leverde bij mij de nodige frustratie op: elk gebroken zaagje moest vergoed worden met een dubbeltje. Ook het timmeren bracht niet heel veel voldoening, ik had te weinig contact met het materiaal. Liever boetseerde ik iets van een homp klei, zodat ik de vorm onder mijn handen kon laten ontstaan.



Handarbeid werd gegeven door juffrouw Som, of Sommetje zoals we haar noemden. Een nogal excentriek, mannelijk type, dat tijdens een van de eerste lessen al door het lokaal riep dat we, als we iets wilden weten over seks, alles aan haar konden vragen. Een aanbod waarvan vooral de jongens in de klas dankbaar gebruik maakten.

De allerfijnste opdracht die we kregen was het maken van een peer. Ik vulde een wit plastic koffiebekertje met vloeibare gips dat, eenmaal uitgehard, werd omgekeerd.Uit de hoekige vorm toverde ik met behulp van vijlen en vijltjes een sierlijke peer tevoorschijn. Verfje erover, lak erover et voilà.
Het was mijn enige driedimensionale kunstwerk dat met een 9 werd beloond.

Juffrouw Som bleef niet lang, ik denk dat haar jarenzeventigvrije geest niet helemaal paste in het stramien. De vorm van die peer ben ik nooit vergeten.