Vieren
We vierden wat af, de laatste weken.
Op vrijdag vierde ik na 24 jaar het weerzien met de Senegalese man en zijn Nederlandse vrouw, die mij eind jaren '80 in de Senegalees-Nederlandse gemeenschap introduceerden. We praatten en praatten en praatten alsof het gisteren was dat we elkaar zagen. Het donkere randje van de angst om zijn gezondheid aten we weg met worteltaart en karamel-zeezoutsoesjes. Bij het naar huis gaan kreeg ik nog een krentenbol mee, die A. door het vele kletsen vergeten was aan te bieden.
Op zaterdag vierden we de 95e geboortedag van moeder, met een uitgebreide lunch buiten de deur. Moeder was al bijna zes jaar niet meer fysiek aanwezig, maar altijd in ons midden.
De volgende dag aten we pannenkoeken. Het was de trouwdag van B. en M., en achttien jaar geleden was dit hun bruiloftsmaal. B. was er al 38 dagen niet meer.
Mijn M. bevestigde kleine roze klompjes aan zijn motorsleutel, zodat zijn vriend altijd met hem mee zou rijden.
Op maandag vierden we het leven van N. uit Egmond, die ons ontvallen was. Na afloop van de flitsplechtigheid werden er in de koffiekamer petit fourtjes geserveerd, in het roze en in het groen.
Een van de genodigden merkte op dat het weer eens wat anders was dan de gebruikelijke plak cake, waarop haar man antwoordde dat dit wel te maken zou hebben met hoe je verzekerd was.
De maandag erna trakteerde collega D. 's morgens op grote koeken voor haar zestigste verjaardag, en at ik 's middags bij de uitvaart van de vader van vriendin C. twee luxe broodjes. Ze moeten op hoor, zei C., maar gelukkig werden de restanten door de uitvaartleidster met de grote zwarte hoed vakkundig in dozen verpakt en meegegeven voor na het laatste deel van deze verdrietige dag.
Op woensdag aten we een exquise taartje uit Blaricum voor vaders negentigste verjaardag. Vanmiddag vieren we deel twee van deze heugelijke gebeurtenis met een lunch.
Ik durf niet meer op de weegschaal te gaan staan, maar we eten door.
Alsof ons leven ervan afhangt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten