Lakkie
We waren allemaal bang voor Lakkie, de hond van nummer 13. Hij kreeg zijn eten op de stoep bij de voordeur in een grijsgewolkt emaillen schaaltje. Je moest het dan niet wagen om langs hem heen te lopen.
We wisten altijd precies wat het gezin gegeten had die avond, want Lakkie kreeg de restjes. Aardappels, sperziebonen, misschien een stukje vlees.
Op de reünie van de straat -die vijftig jaar bestond- was, heel verrassend, ook een van de dochters van nummer 13 aanwezig. Zij bevestigde wat ik sinds kort vermoedde: het arme beest heette helemaal geen Lakkie.
De Engelse taal was in de jaren zeventig blijkbaar nog geen gemeengoed. Wisten wij veel: Lucky was de naam van de hond waar iedereen voor omliep.
We wisten altijd precies wat het gezin gegeten had die avond, want Lakkie kreeg de restjes. Aardappels, sperziebonen, misschien een stukje vlees.
Op de reünie van de straat -die vijftig jaar bestond- was, heel verrassend, ook een van de dochters van nummer 13 aanwezig. Zij bevestigde wat ik sinds kort vermoedde: het arme beest heette helemaal geen Lakkie.
De Engelse taal was in de jaren zeventig blijkbaar nog geen gemeengoed. Wisten wij veel: Lucky was de naam van de hond waar iedereen voor omliep.
Oh, hij heette Lucky! Ook ik was behoorlijk bang voor hem/haar..
BeantwoordenVerwijderenLeuke herinnering!
Groet,
Jeannie
En dan hadden we ook nog de oud-politiehond van Van Meeteren. Die was nog enger!
VerwijderenLakkie beet altijd de bestuurders van brommers en fietsen in de broekspijpen. En blaffen dat die hond kon.
BeantwoordenVerwijderenOeps!
Verwijderen