Nieuwe ogen (Ogentroost III)
Ik kreeg mijn eerste nieuwe oog.
Mijn allergrootste wens ging in vervulling, sinds mijn oude ogen de contactlenzen niet meer verdroegen, die het leven vanaf dat ik zestien was zo hadden verrijkt.
Ze hield het nog even spannend, oogarts K. die mij de oplossing van implantlenzen had voorgesteld. Twee dagen voor de eerste operatie werd ze ziek en werden alle patiënten voor die dag afgebeld.
Even onverwacht was ik de week erna toch aan de beurt, en had ik geen tijd meer om zenuwachtig te zijn.
Mijn wereld werd geminimaliseerd tot het verdoofde linkeroog. Kijk maar recht in het lampje, en daar ontstond een wit licht, dat veranderde in de prachtigste kleuren en vormen.
Ik voelde hoe ze sneed in mijn oog, maar er was geen pijn. Alleen dat licht, alsof ik was verworden tot een jarenzeventiglavalamp.
Al in de auto op weg naar huis, uiteraard op de passagiersstoel gezeten, kon ik door de lagen zalf en het plastic kapje heen haarscherp het nummerbord van de auto voor ons lezen. Wat een wonder!
Twee weken lang zal ik nu afwisselend met mijn linker- of mijn rechteroog de wereld aanschouwen. Links doet het prima voor in de verte, met rechts kan ik nog lezen. En wat heerlijk dat ik mijn benen weer kan scheren onder de douche, zonder een bloedbad aan te richten.
Over twee weken is oog 2 aan de beurt. Als dokter K. net zo tevreden is als bij oog 1 kan ik straks zonder bril mijn omgeving weer zien, iets wat ik na mijn tiende niet meer heb beleefd.
Oké, die leesbril blijft nodig, maar wie zeurt daar nu over?
Mijn allergrootste wens ging in vervulling, sinds mijn oude ogen de contactlenzen niet meer verdroegen, die het leven vanaf dat ik zestien was zo hadden verrijkt.
Ze hield het nog even spannend, oogarts K. die mij de oplossing van implantlenzen had voorgesteld. Twee dagen voor de eerste operatie werd ze ziek en werden alle patiënten voor die dag afgebeld.
Even onverwacht was ik de week erna toch aan de beurt, en had ik geen tijd meer om zenuwachtig te zijn.
Mijn wereld werd geminimaliseerd tot het verdoofde linkeroog. Kijk maar recht in het lampje, en daar ontstond een wit licht, dat veranderde in de prachtigste kleuren en vormen.
Ik voelde hoe ze sneed in mijn oog, maar er was geen pijn. Alleen dat licht, alsof ik was verworden tot een jarenzeventiglavalamp.
Al in de auto op weg naar huis, uiteraard op de passagiersstoel gezeten, kon ik door de lagen zalf en het plastic kapje heen haarscherp het nummerbord van de auto voor ons lezen. Wat een wonder!
Twee weken lang zal ik nu afwisselend met mijn linker- of mijn rechteroog de wereld aanschouwen. Links doet het prima voor in de verte, met rechts kan ik nog lezen. En wat heerlijk dat ik mijn benen weer kan scheren onder de douche, zonder een bloedbad aan te richten.
Over twee weken is oog 2 aan de beurt. Als dokter K. net zo tevreden is als bij oog 1 kan ik straks zonder bril mijn omgeving weer zien, iets wat ik na mijn tiende niet meer heb beleefd.
Oké, die leesbril blijft nodig, maar wie zeurt daar nu over?
Dan doemen de vragen op.
Zijn dit nu nog wel de ogen die zus M. zagen toen ze mij aankeek, in haar allerlaatste moment?
De ogen die vol liefde naar moeder keken, die in haar rolstoel naar mij opkeek?
De ogen waarmee ik naar M. keek tijdens het kerstdiner, waarvan later bleek dat dit de laatste keer was dat ik hem zag?
Of horen deze nieuwe ogen bij de nieuwe tijd, bij de periode Erna? Laten we het er maar op houden dat je kijkt met je hart, en dat het middel waarmee er even niet toe doet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten